vrijdag 4 januari 2013

1124 – ZE ZITTEN MET DE POEPERS

***


Vrijdag 4 januari

Zon 8u44-16u51

H Pharaildis (Veerle) van GentEE

.

1124 – ZE ZITTEN MET DE POEPERS



De traditionele partijen : voor- en achterkant




Ze moeten nu wellicht tot het besef gekomen zijn dat een DIRUPO het Italiaans is voor…. afgrond.



***





Crisis-beraad aan de keukentafel bij de Van Rampays. De zaak gaat op de fles. Wat doen we? Al onze vetbetaalde postjes staan op de helling. De onze, maar ook die van onze strontbedorven kinderen en stonterbedorven kleinkinderen. Wat doen we? Allez, toe, Herman, zegt gij nu ook eens iets. Wat moeten we doen? Iets anders kennen we niet. We kennen geen enkel beroep, geen enkele stiel. Zet toch die ploat af, ‘Sous les ponts de Paris’, dat is toch niets voor onze familie, die de Eerste President van Europa geleverd hebben!

De Van Rampuys zijn toch niet in de wieg gelegd om te eindigen als clochards? Ons Madammen moeten gaan afwassen in de vreemde restaurants, want de eigen chefs hebben wij met eigen handen het land uitgejaagd.! Wij, de mannen, zullen moeten werk gaan zoeken met de fiets leren rijden, want auto & chauffeur zal wel niet meer kunnen!

Of de familie Trapkens uit Laeken kazn helpen? Manlief, doe zij nog gieriger dan pinnekensdraad. Die zullen al hun aandacht nodig hebben om bij BDW & C° in het gevlei te komen. Bij onze zusterpartij, Joëlle Milquette moeten we niet gaan, want zij even als de Rode Broeders en de Zwarte Passionaria van de Parti Scandale wijten hun eigen ondergang aan onze stomme slaptitude.

Hadden wij Leterminator indertijd maar opdracht gegeven die BDW met het hoofd onder water te houden, in plaats van met hem kartel te vormen….

En Barbarosso, zou die niet kunnen… maar broer Herman is reeds de pijpen uit. Moet, wil hij om tijdig het land uit te zijn, zijn vlieger halen.



***

Ter zake :

We moeten de N-VA te allen prijze ontmaskeren"

03/01/13, 16u18 − Bron: belga.be

***

In een interview met het Franse weekblad Paris Match haalt Eric Van Rompuy, Vlaams parlementslid en CD&V-schepen in Zaventem, fel uit naar de N-VA en haar voorzitter Bart De Wever. De "hypocriete" houding van de Vlaams-nationalisten, "die niet openlijk voor het einde van het land pleiten, maar wel alles doen om het te ondermijnen", moeten de andere partijen tegen de verkiezingen van 2014 kunnen blootleggen, bepleit hij.

Het hele interview draait rond de N-VA. Van Rompuy grijpt de kritiek van de partij op de kersttoespraak van koning Albert II aan om uit de doeken te doen wat volgens hem de strategie van Bart De Wever en de zijnen is. "Bij CD&V weten we maar al te goed dat de N-VA elk woord van de vorst aangrijpt om demagogisch uit de hoek te komen. (...) De mensen moeten weten dat de N-VA oneerlijk is en dat bepaalde media haar doorgeefluik geworden zijn. Het klimaat is verschrikkelijk." De Wever, zegt Van Rompuy, "is een demagoog".

De federale meerderheid, met onder meer CD&V, moet uitgaan van haar eigen sterkte, betoogt hij. "Ze moet tot 2014 hetzelfde pad blijven bewandelen. We hebben ons lot in eigen handen en moeten aantonen dat een regering zonder de N-VA goed werk kan leveren. De Vlaamse kiezer moet weten dat deze partij het einde van het huidige model wil. We moeten haar te allen prijze ontmaskeren, dat zal onze strategie zijn. We moeten uitleggen dat Bart De Wever burgemeester van Antwerpen wil blijven en van daaruit België wil doen ontploffen."

Als de N-VA in 2014 de verkiezingen wint en vervolgens nieuwe stappen in de richting van Vlaamse onafhankelijkheid wil zetten, luidt de waarschuwing van Van Rompuy, zal de instabiliteit die daar het gevolg van is "nog groter zijn dan tijdens de vier crisisjaren die we al hebben gekend". Ook de bewering van De Wever als zou de Belgische staatsschuld te zwaar op de Vlaming doorwegen, klopt volgens hem niet. "Het separatisme zal de levensstandaard van de Vlamingen met 10 à 15 procent verminderen." .

***



Ja, Lieve Ma, ik weet het! Gij hebt mij geleerd dat leedvermaak een verfoeilijke lelijke en vuile on-christelijke on-deugd is. Maar deze keer wil ik koppig doorgaan om wetens en willens te zondigen.

Weet ge nog, toen binst de 4 droeve oorlogsjaren gij als oorlogs-weduwe Uw 5 bloeikens van kinderen (16-3 jaar) moest eten geven en kleden met een lege portemonnee? Ge hebt nooit namen willen noemen, maar de manier waarop gij ons respect voor de enen bijbracht, en minachting voor de anderen, sprak boekdelen. De goeden in Uw ogen waren stuk voor stuk ooit eens opgejaagd wild geweest, toen de vrede uitbrak. De slechten, dat waren al diegenen met armbanden en decoraties die opeens helden bleken te zijn geweest zo gauw de Duitsers het land uit waren. We hadden zo’n feeks zelfs in de familie, die meteen dapper aan de slag ging om bange konijntjes op het dorpsplein de haren af te rijden met een oude tondeuze, net zo veel en zo lang tot haar echtgenoot, mijn dooppeter, haar binnen sleurde en wij het gescheld hoorden tot op straat. Al die tijd stond Georges, de veldwachter, de orde te handhaven en schaapachtig te lachen : zijn 2 zonen liepen nog rond met een revolver, en als ze gedronken hadden, waren ze echt gevaarlijk. Zo werd gezegd. De vrouwen spraken met gedempte stem later schande over wat die konijntjes nog meer was aangedaan, maar toen waren wij, bengels, al lang en zonder eten naar bed gestuurd.

Later zaten wij op de schoolbanken bij een van hen, en ook daar werden wij ingedeeld in twee kampen. Vooral toen bleek dat ons Moeder mij tegen val-avond met een kluts kolen van ons eigen rantsoen naar een van die huishoudens had gestuurd. Een kot vol schreiende kinderen, koud en hongerig, met moeder die alleen nog kon zitten schreien met de armen op de koude rails van de uitgedoofde kolenkachel. Mijn jonger broertje en ons zusje droegen een paar bundels rijs-hout van onze zelf bijeen gepaarde hout-voorraad, maar had de klappei niet meer bemerkt.

De man? Die is enkele maanden later terug gekomen, maar heeft nooit meer kunnen werken. Het grote gezien is later heel goed op de pootjes gevallen, maar is grosso modo naar elders uitgeweken….

Wel, lieve Ma, nu de maskers beginnen te vallen, zie ik dat onderscheid tussen goed en slecht opnieuw opduiken. Net als toen is het de bedoeling om de goeden in de goot te rijden, om er zelf beter van te worden. En weer zijn het de o toch zo dappere kerk-bezoekers van op de eerste rij stoelen, die over de ruggen van de werkende Vlaming naar omhoog scharrelen.

Weet ge nog, Ma? Als straatbengel liepen we op straat te zingen (parodie van een voor-oorlogse schlager?) ‘Als ik groot ben, lieve Moeder, zal ik op zijn cl*ten slaan. Als ik groot ben, Lieve Moeder, en ik heel veel geld verdien, zal ik ’t mooiste voor je kopen, en je graag gelukkig zien’..

Wel, die tijden zitten er nu aan te komen. Ze zijn zelfs al een eindje aan de gang. En deze keer zijn de goeden dezen die het ook in Uw tijd waren.



Als ik van één ding spijt heb, Beste Ma, is dat gij dit niet meer moogt meemaken..









Geen opmerkingen: